De kracht van actieve participatie in de gevangenis

Mensen in detentie zijn meer dan onze belangrijkste ‘doelgroep’; We zien hen als gelijkwaardige partners die mee vorm geven aan ons beleid en praktijk. Deze actieve betrokkenheid is echter niet vanzelfsprekend binnen een detentiecontext, waar keuzemogelijkheden beperkt zijn en veiligheid primeert. 

 

Toch is participatie al jaren een belangrijk thema binnen ons groepsaanbod sport en cultuur. Dankzij het onderzoeksproject ‘Prisoners’ Active Citizenship’ (2021) kwam actieve participatie binnen De Rode Antraciet explicieter op de voorgrond. Via het project ‘Count me in! Active participation in prisons’ (2021-2024) hebben we daarna verder ingezet op het verduurzamen van actieve participatie in detentie via sport en cultuur.

De Rode Antraciet loopt voorop in het bevorderen van participatie binnen detentie. Sport en cultuur zijn een uitstekend middel om mensen aan te spreken op hun competenties en talenten. Binnen ons aanbod proberen we onze doelgroep zo maximaal mogelijk te betrekken en geven we verantwoordelijkheden aan mensen in detentie via sport en cultuur. We doen dit op verschillende ‘participatieniveaus’ waarbij we mensen in detentie informeren, om raad of advies vragen, kansen bieden tot co-creatie tot hen mee laten beslissen over bepaalde zaken.

Wij geloven dat sport en cultuur kansen bieden om mensen actief te laten participeren. Sport en cultuur leunen vaak dicht aan bij persoonlijke interesses en zijn een goede springplank om te groeien als mens tijdens en na detentie. Iemand die graag sport is misschien geïnteresseerd om sportcoach te worden. Iemand die gefascineerd is door media kan meewerken aan een radiostation of gevangeniskrant. Op deze manier kunnen nuttige competenties op een informele manier onderhouden of opgebouwd worden.

Mensen in detentie aanspreken op hun competenties, noden en behoeften en dit integreren in onze werking zou een vanzelfsprekendheid moeten worden. Een breed draagvlak voor participatie in detentie is hierbij cruciaal. We werken hiervoor samen met andere actoren binnen de hulp- en dienstverlening aan mensen in detentie Ook is goede afstemming met justitiepersoneel noodzakelijk om verantwoordelijkheden aan mensen in detentie te kunnen geven zonder de veiligheid in gevaar te brengen.  

PROJECTEN

“Mogen participeren is het begin van een menswaardige detentie. Het is bijzonder belangrijk om inspraak te mogen hebben in het aanbod van de hulp- en dienstverlening. Het is een verrijking, je kan iets, we leveren een meerwaarde voor de gevangenis en voor onszelf. Het geeft energie, zelfwaarde en de tijd gaat vooruit. De meeste gedetineerden weten niet waarvoor de hulp- en dienstverlening staat. Terwijl dit net een hefboom is voor je re-integratie. Er is nog veel werk aan de winkel”.

Een persoon in detentie van Ruiselede, lid van het A-team (Activiteitenteam)

“Vorig jaar werd er een oproep opgehangen voor sportcoach. Ik heb mij meteen ingeschreven. De sportfunctionaris heeft gezien dat ik dat echt wou, dat ik dat echt meende en dat ik sportief was. En dan heeft hij mij een kans gegeven. Ik moest gewoon beloven dat ik altijd zou komen, maar ik kwam ook altijd dus. Nu zou ik het buiten ook wel willen doen. Ik had daar eerlijk gezegd nooit aan gedacht.”

Sportcoach

“Ik ben van plan om leerkracht te worden. Ik ben lang op zoek geweest naar mezelf, maar ik denk dat ik daar nu wel een stuk in geslaagd ben en nu wil ik stappen ondernemen om iemand te zijn. Het A-team heeft daar toch misschien mee voor gezorgd dat ik mijn juiste weg heb gevonden.”

lid A-team

“Ik geloof echt dat we mensen sterker maken voor de toekomst. Dat is echt nodig. De gevangenis neemt alles weg van verantwoordelijkheden en inspraak. Je wordt geleefd. Er wordt gezegd wat je moet doen, wanneer je koffie krijgt, wanneer je moet gaan wandelen of douchen. Je hebt geen keuzemogelijkheden meer, of zeer beperkt. Met participatief werken proberen we dat te veranderen: verantwoordelijkheden geven, keuzes laten maken, mee dingen kunnen laten beslissen... wat ze op andere gebieden niet meer kunnen. Maar van het moment dat je de deur achter je dicht trekt, krijg je veel keuzemogelijkheden, zijn er veel beslissingen die je moet nemen. Omdat je hierbinnen geleefd wordt, weet je dan niet meer hoe je daar mee om moet gaan.”

Nele, cultuur- en sportfunctionaris