De ene coach neemt afscheid, de andere staat nog maar aan het begin. Toch spreken Seppe De Bruyn (Buurtsport Leuven) en Haralampo Topalidis (OH Leuven) opvallend dezelfde taal. Beiden geloven in voetbal als meer dan een sport: als een manier om mensen in detentie even uit hun cel te halen, hun mens-zijn te bevestigen en bruggen te bouwen naar de samenleving. In Leuven Centraal wordt die overtuiging elke week opnieuw in praktijk gebracht.
“Wij werken met sporters”

Voor Seppe De Bruyn, jarenlang voetbalcoach in Leuven Centraal, is sport in detentie in de eerste plaats een menselijk verhaal. “Mensen zitten hier opgesloten, vaak letterlijk in hun cel. Sport kan hen daar even uithalen en hen opnieuw mens laten voelen.”
Hij benadrukt bewust het verschil in taal en benadering: “Cipiers werken met gedetineerden, wij werken met sporters. Dat is geen detail, dat is de kern.”
Die benadering vertrekt niet vanuit problemen, diagnoses of fouten uit het verleden. “Ook buiten de gevangenis leven mensen met psychische kwetsbaarheid of verslavingsproblemen. Maar als sporter word je aangesproken op je kracht, je engagement, je goesting. Dat is de grote meerwaarde van sport.”
Ruimte maken in een strakke context
Hoewel de gevangeniscontext strak en strikt is, hoeft de sportwerking dat niet per se te zijn. “Ze komen soms net uit hun bed, hebben een moeilijke nacht gehad. Dan begin je niet met fluiten en bevelen.”
De trainingen starten bewust laagdrempelig: een zachte inloop, even apart zitten, pas deelnemen wanneer het lukt. “Mijn rol als coach is ruimte bieden voor moeilijke momenten. Mensen bepalen mee het tempo, hebben opnieuw een stukje regie in handen.”
“Die aanpak is geïnspireerd door de cirkel van veerkracht: focus op verbondenheid, zelfontplooiing, zelfstandigheid en altruïsme. Vertrekken vanuit hun talent en kracht. Niet ‘de gedetineerde’ zijn, maar speler, voetballer, iemand die mee beslist.”
Een eerste training als vuurdoop

Ook voor Haralampo Topalidis was de context in Leuven Centraal aanvankelijk onbekend terrein. “Mijn eerste training was een vuurdoop. De wereld achter de muren was een groot raadsel en mijn eerste groep was niet de makkelijkste.”
Toch voelde hij meteen waarom dit engagement de moeite waard is. “Op tv zie je zoveel. Maar hier leer je de bewoners echt kennen.”
Autoriteit afdwingen is voor Haralampo geen optie. “Een fluitje? Nee. Er zijn hier al genoeg bazen. Ik wil hen niet aandoen wat ze de hele dag meemaken. Gewoon praten, respectvol, van mens tot mens.”
Dag en nacht verschil met voetbal buiten
Haralampo combineert zijn rol in Leuven Centraal met een trainersfunctie bij OHL. Het contrast kan nauwelijks groter zijn. “Bij OHL is het prestatiegericht: selectie, concurrentie, hard. Hier niet. Mensen zitten hier al dag en nacht binnen. Wij gaan voor honderd procent plezier.”
Seppe herkent dat meteen. “We trainen niet om te winnen, maar om samen anderhalf uur buiten te zijn. Om ons te amuseren.”
Toch reikt de impact verder dan dat. Sport leert mensen omgaan met winst en verlies, samenwerken, conflicten hanteren. “Sport gaat de wereld niet redden,” nuanceert Seppe, “maar het kan wel een extra trigger zijn richting de maatschappij.”
Kleine momenten, grote betekenis
Wat beide coaches bijblijft, zijn vaak kleine, menselijke momenten.
Haralampo: “Als ze je groeten met de hand op het hart. Of hoe iedereen op elkaar vliegt na een doelpunt. Dat pure plezier.”
Seppe: “Wanneer iemand zegt: ‘Coach, ik kan eigenlijk niet goed tegen mijn verlies.’ Dan zie je kwetsbaarheid, zelfinzicht. Dat is zo waardevol.”
Ook na detentie blijven sommige contacten hangen. “Ik kom soms oud-spelers tegen buiten. Zwaaien, roepen: ‘Hé Seppe!’ Dan weet je: ik heb toch iets betekend.”
Spanningen en onvoorwaardelijkheid
Uitdagingen zijn er natuurlijk ook. Emoties kunnen hoog oplopen, zeker in een voetbalcontext. “Soms staan mannen neus aan neus,” vertelt Seppe. “Dan grijp je in. En soms verlies ik zelf ook mijn geduld.” Belangrijk is wat daarna volgt. “Dan bied ik mijn excuses aan. Zand erover. Elke training is een nieuwe kans.”
Hij spreekt bewust over onvoorwaardelijke zorg: blijven geloven in mensen, ook als het schuurt. “Mensen hebben een reden om kwaad te worden. Als we hen telkens opnieuw die hand blijven geven, nemen ze dat geloof mee naar buiten.”
Sport als maatschappelijke verantwoordelijkheid
Seppe is uitgesproken over het bredere belang van sport in detentie. “99 procent van de mensen hier komt ooit vrij. Het is onze plicht om te investeren in verbinding.” Wie mensen wegduwt of afschrijft, ondergraaft hun geloof in de samenleving. “Dan zijn we niet goed bezig.”
Sport kan daarin een sleutelrol spelen: als opstap naar werk, opleiding of vrijwilligerswerk, maar ook gewoon als oefenruimte voor samenleven. “De gevangenis is een community, een dorp. Als je daar positieve momenten creëert, verbetert de sfeer voor iedereen.”
Dromen die blijven
Bij zijn afscheid kijkt Seppe vooruit. Hij droomt van meer gezamenlijke sportmomenten met gevangenispersoneel, van informele ontmoetingen waarin hiërarchie even wegvalt. “Samen sjotten, samen winnen en verliezen. Dat creëert wederzijds begrip.”
Ook bruggen naar de samenleving blijven cruciaal, via opleidingen, clubs en partnerschappen.
Haralampo deelt die toekomstgerichtheid. “Mijn grootste droom is dat ze met plezier komen trainen. En dat mensen buiten de muren daar ook een stukje van kunnen zien en meebeleven. Een match tussen OHL-spelers en onze interne ploeg die gefilmd wordt bijvoorbeeld, inclusief interviewtjes met de spelers, en dat dan delen met de buitenwereld. Wie weet kan de communicatiedienst van OHL daar nog eens voor zorgen?”
Wat blijft, is een duidelijke rode draad: voetbal in Leuven Centraal is geen bijzaak, maar een bewuste keuze voor menselijkheid, veerkracht en verbinding — gedragen door coaches die mensen blijven zien, ook wanneer de muren hoog zijn.